INSECTENHOTEL TIPS
Klik op een onderstaande foto voor een grotere afbeelding.
Gebruik de pijltjes L en R om door de foto´s heen te bladeren
TIPS bij de inrichting van jouw eigen insectenhotel
Welke vorm of formaat je ook aan je insectenhotel wilt geven, belangrijk is dat je altijd een zo natuurlijke mogelijke omgeving voor insecten creëert.SAMENSTELLING
Gebruik daarom alleen elementen – zoals ze in het algemeen in de natuur worden aangetroffen – omdat de meeste insecten natuurlijke stoffen prefereren voor bescherming en voortplanting.VOORKEURSMATERIALEN
Daarbij kun je denken aan boomstammetjes, holle stengels van planten, slakkenhuizen, houtwol, bamboestengels, riet, takken, twijgen en verder aan bloempotten, kleiaarde en (holle) bakstenen.Belangrijk
Let op de volgende punten:
- Zorg dat de te gebruiken natuurlijke materialen vrij zijn van pesticiden, vernis, oplosmiddelen, impregnering- of houtconserveringsmiddelen, vrij van vocht.
- Bij de bouw van het nieuwe insectenhotel ontstaan op een gegeven moment openingen en voegen tussen de afzonderlijke bouwmaterialen, die zo snel mogelijk moeten worden opgevuld. Anders is al het werk voor niets geweest. Deze hiaten kunnen worden gecompenseerd met materialen als: klei, mos, kreupelhout ,stro, kiezelstenen, schors, stukken schors.
- Het is altijd belangrijk om tocht te voorkomen, die kan de insecten schaden. Bovendien speelt “thermische isolatie” een grote rol omdat insecten de winter graag in hun nieuwe huis doorbrengen. Een zonnige plaats is het meest ideaal. Bovendien zou er enige bescherming moeten zijn tegen hevige regen, wind, enz. Een “aanvliegroute” naar het zuiden en het juiste moment om het insectenhuis op te zetten (bij voorkeur de lente) stimuleren snelle verspreiding van de toekomstige insecten-populatie.
De juiste invulling voor
de juiste insecten
De juiste inrichting lokt de juiste hotelgasten. Tijd om de vulling te kiezen.
BOORGATEN IN HOUT
Er zijn veel meer solitaire bijen dan bijen die in een volk leven. Door in een massief stuk hout gaten te boren van verschillende diktes tussen de 4 en 8 millimeter dik, creëer je schuilplaatsen voor solitaire bijen en metselbijen. Neem daarvoor het liefst hardhout ( eik, beuk, teak, meranti of fruitbomen). De gaten die je daarin boort hebben namelijk geen ruwe rafelranden dan in zacht hout, zoals vuren of conifeer. Daaraan kunnen insecten hun tere vleugels beschadigen, waardoor ze niet meer kunnen vliegen. Dat is juist wat je niet wilt.
Ook kan zacht hout door vocht gaan zwellen waarbij larven en cocons verdrukt kunnen raken.
Zaag de stammetjes, planken of balkjes op de gewenste lengte, en boor er de gangetjes in. Zorg dat de boorgaten niet door en door zijn. Het uiteinde van de gangen moeten dicht blijven.
Boomstammetjes en balken zijn beter dan boomschijven, omdat laatstgenoemde gemakkelijk gaan scheuren. Boorgaten kun je dan niet meer herstellen. Laat vóór het boren het hout enkele maanden goed drogen. Gebruik geen gescheurde exemplaren. Geschikte boren zijn voornamelijk houtboren, maar ook HSS-boren. De boorgaten moeten diameters van 2,5 tot 8 mm hebben en minstens tien keer zo lang zijn als breed; dat wil zeggen: je boort totdat de boorkop van de boormachine tegen het hout komt.
HOLLE STENGELS
Solitaire bijen en metselbijen zijn gek op holle stengels, takken, bamboe en riet.
Gebruik verschillende diktes door elkaar. Geschikt zijn 12-20 cm lange stukken bijv. van bramen, vlierbes, koningstoorts, bamboe en riet, of speciaal voor nestkasten aangeboden kartonnen buismateriaal. Alle stammen, stengels, etc. moeten horizontaal worden gestapeld in een geschikte houder, open aan de voorzijde en maar gesloten aan de achterkant. De stengels kun je ook sluiten door het uiteinde tegen de achterwand in een laagje klei te drukken. Bamboestelen met knopen (nodiën) aan het uiteinde zijn wel gesloten, maar ze kunnen niet goed worden vastgemaakt. Eventueel aanwezige merg in de stengels moet worden verwijderd (bijvoorbeeld met een schroevendraaier).
Ook graafwespen eten luizen en bestuiven planten. Ze houden van holle takken, maar willen daar nog graag zelf een holte in graven. Om ze te lokken gebruik je takken met een zachte binnenkant (bijv. braam en koningskaars). Die kom je bij snoeiwerkzaamheden in de tuin vanzelf tegen.
Riet vind je bij de meeste sloten. Knip een paar rietstengels af en hang ze een paar dagen te drogen. Ze zijn ideaal om tussen de bamboe te drukken om die vast te klemmen. Blijf er riet in drukken tot alle bamboe stevig vast zit.
HOUTWOL, HOUTSNIPPERS
Lieveheersbeestjes, torretjes en gaasvliegen zijn dol op dichte materialen als houtwol, houtsnippers en schors. Gebruik bijvoorbeeld houtwol, het schaafsel dat soms in een kistje wijn in zit om de fles wijn te beschermen. Online is het ook te koop, maar het verzenden is dan duurder dan de houtwol zelf. Maar met een beetje geluk ligt er nog ergens in de schuur een wijnkistje met voldoende houtwol erin. Maak het gaasvliegen en lieveheersbeestjes naar de zin om op een natuurlijke manier bladluis te bestrijden. Ze gebruiken je hotel zowel om te overnachten als om te overwinteren.
DENNEAPPELS
Ook dennenappels bieden een schuilplaats voor lieveheersbeestjes, torren en ook oorwurmen. Wat die laatsten in de tuin doen weet ik eerlijk gezegd niet, maar ook dat is vast heel nuttig. En een vakje met dennenappels in een insectenhotel ziet er ook goed uit. Je kunt ze zo uit een bos in de buurt halen en ze blijven jaren goed.
BAKSTENEN
Metselbijen zijn ook gek op steen. Wil je metselbijen naar je bijenhotel lokken, dan kun je het beste zo’n baksteen vol gaten gebruiken. In veel grotere insectenhotels die je in de winkel kunt kopen zit zo’n steen ingebouwd. Losse (ventilatie)stenen zijn in NL niet zo gemakkelijk te vinden. Maar je zou ook met een hamer een steen in de juiste maat kunnen hakken zodat hij in een van de vakken van je hotel past, en daarin gaten met verschillende diameters boren.
STEVIG VASTMAKEN
Welke vulling je ook kiest voor je insectenhotel, het is belangrijk het goed te bevestigen zodat het er niets kan vallen of wegwaaien. Of door vogels kan worden gebruikt als nestmateriaal. Bamboe kun je bijvoorbeeld vastmaken door er veel riet tussen te drukken. Houtwol, houtsnippers en dennenappels kun je het beste bevestigen door een stuk fijnmazig kippengaas of volièregaas tegen je insectenhotel te nieten.
LOCATIE
Plaats je nestkast/ insectenhotel minimaal op kniehoogte op een droge, warme en zonnige en niet tochtige locatie, bijv. tegen een muur op het zuiden of het oosten. Sommige bijen nemen genoegen met nestkasten op het westen van een huis of in de schaduw, maar de voorkeur van de meeste insecten gaat uit naar een plek met veel zonuren. Laat het insectenhotel vervolgens hangen waar het hangt om insecten niet onnodig (vroeg) wakker te maken of te verstoren.
BESCHERMING TEGEN REGEN,WARMTE EN WIND
Vocht is de grootste vijand van een nestkast, dus plaats het hotel onder een afdak. Het dak van een nestkast mag de nestplekken helemaal overschaduwen. Op zeer warme locaties is dat zelfs aan te bevelen.
Een nestkast in bomen opgehangen, bungelend in de wind, of op een beschaduwde plek zullen insecten niet gebruiken.
BESCHERMING TEGEN VOGELS
Mezen en spechten voeden hun nakomelingen o.a. met bijenlarven en rupsen, wanneer ze de nestgangen eenmaal hebben ontdekt. Spechten kunnen met hun krachtige snavels hout en zelfs houtbeton stuk maken. Mezen hakken alleen de leemachtige nestafdichtingen in de houtblokken en stenen open, om in de buis te kijken wat er in zit. Muurbijen laten daarom meestal instinctief de voorste cel van een buisje direct achter de afdichting leeg. Als de mezen echter nestbuisjes willen beroven, trekken ze vaak de hele buis uit de nesthulp. De oplossing is een stuk gaas dat is grofmazig genoeg om de bijen niet te hinderen, maar dicht genoeg om toegang voor een mees te verhinderen. Mazen van 10 of 12 mm zijn te smal.
SOORTEN
Bijensoorten kun je niet alleen vaak determineren n.a.v. hun uiterlijk, maar ook door de grootte, vorm en kleur van hun nestafdichtingen in natuurlijke holten en kunstmatige nestkasten. Meer informatie hierover geeft de determinatie-pagina www.wildbienen.de/wbarten.htm, helaas is deze alleen in het Duits.
MIJTEN
Een invasie van mijten komt zelden voor. Een afnemende populatie in je hotel kan het gevolg zijn van een te hoge parasietdruk. Als je een van mijten aangetaste nestkast een jaar lang uit de circulatie neemt, kan de plaag zich niet vermenigvuldigen. Verwijder in dat geval de nestkasten na de zomer wanneer de laatste bijen zijn uitgevlogen.
ONDERHOUD
Het onderhoud van een insectenhotel is simpel. Schoonmaken hoeft niet en zou schadelijk kunnen zijn voor eventuele eitjes of insecten die in het hotel zitten.
De nestkasten worden door de bijen gebruikt voor de voortplanting en als broedplaatsen, omdat die steeds zeldzamer in de natuur aanwezig zijn. Pas in het voorjaar of de zomer van volgend jaar komen de nakomelingen uit de nestkasten, zodat het behoud van de soort verzekerd blijft.
Door het “schoonmaken” van nestgangen (boringen, buizen) vernietig je dus de jonge bijen. Daarmee overtreed je zelfs de Natuurbeschermingswet, die wilde diersoorten beschermt in alle ontwikkelstadia tegen afvangen, kwetsing en doding. Beperk het schoonmaken daarom tot het af en toe weghalen van spinnenwebben voor het hotel. Want spinnen hebben snel door waar ze hun prooien kunnen vangen.
Controleer in de lente altijd even de materialen. Soms kunnen er toch dingen uit waaien of heeft een overijverige vogel een deel van je insectenhotel gebruikt om een nest mee te maken. Ook de takjes in het vlinderkastje en de holle takken en riet kunnen wat slecht worden en moeten soms aangevuld worden. Probeer dan alleen aan te vullen en niet te vervangen omdat je nooit weet of er nog eitjes of insecten in of op zitten.
Natuurlijk zal niet elk bijenbroedsel succesvol zijn en kunnen om verschillende redenen nog steeds een aantal larven sterven. Het kan gebeuren dat zo steeds meer nestafsluitingen jaar na jaar dicht blijven. Heb je het vermoeden dat er niet langer leven in een broedblok is, dan kun je in de lente voorzichtig controleren en eventueel opschonen.